Gooi een paar World Tour-teams samen met een dozijn Belgische en buitenlandse ProTeams die normaal onder de radar blijven, laat ze tegen elkaar koersen op negen locaties verspreid over heel België, laat alles zeven maanden goed sudderen, giet alle uitslagen in een klassement en het resultaat is de Bingoal Cycling Cup. Door de uitbraak van het coronavirus en de afgelasting van drie kwart van de koersen, werd er voor de editie van 2020 geen winnaar uitgeroepen. Dit jaar is de Bingoal Cycling Cup dus op zoek naar een opvolger voor Baptiste Planckaert, die in 2019 het regelmatigheidscriterium won.
Afspraak op Bingoal om te wedden de Bingoal Cycling Cup en geniet tegelijkertijd ook van alle andere wielrennen weddenschappen!
8 + 2 = 9
Met de GP Samyn werd dinsdag het startschot gegeven van de Bingoal Cycling Cup. Daarna volgen de GP Jean-Pierre Monseré (7 maart), de Circuit de Wallonie (13 mei), Dwars door het Hageland (5 juni), de GP Marcel Kint (20 augustus), de Schaal Sels (22 augustus),de Antwerp Port Epic (12 september), het Kampioenschap van Vlaanderen (17 september) en de Memorial Rik Van Steenbergen (10 oktober). Nick Nuyens, de man achter de Bingoal Cycling Cup, had voor de zesde editie tien wedstrijden voorzien – twee meer dan vorig jaar – maar de organisatoren van Halle-Ingooigem beslisten om hun koers dit jaar te schrappen. Nuyens streeft ernaar om tien koersen te integreren in zijn langgerekte competitie en dat zal volgend jaar het geval zijn wanneer Halle-Ingooigem weer op de kalender staat.
Hoezo geen uitstraling?
De zogenaamde beker van België is een bont allegaartje van sprint-, offroad- en kasseiwedstrijden, Het zijn alles behalve klassiekers, maar het zijn wel het soort wedstrijden waarin kleinere teams en hun sponsors hun visibiliteit kunnen opkrikken. Bij de UCI ligt de focus bijna uitsluitend op de World Tour, maar bij de initiatiefnemers van de Bingoal Cycling Cup willen ze de funderingen van het wielrennen versterken. Door een tiental koersen te bundelen, creëert de organisatie een groter draagvlak voor de wedstrijden in kwestie. En uiteindelijk genereert dat ook meer media-aandacht.
De Bingoal Cycling Cup maakt intussen deel uit van de UCI ProSeries en met de toevoeging van de GP Samyn heeft het alweer aan uitstraling bij gewonnen. Sinds 2016 heeft het evenement een heel traject afgelegd en met pieken rond de 500.000 kijkers moet het qua belangstelling zelfs niet meer onderdoen voor ritten in de Vuelta, de Giro en de Ronde van België. De kijkcijfers bevestigen alvast dat het elk jaar in stijgende lijn gaat met de Bingoal Cycling Cup.
Van nobody naar gevestigde waarde
Dylan Groenewegen, Fabio Jakobsen en Arnaud Démare wonnen de afgelopen jaren respectievelijk het Kampioenschap van Vlaanderen, de GP Jean-Pierre Monseré en Halle-Ingooigem en gaven kleur aan het palmares van de Bingoal Cycling Cup. Maar het is zeker niet de bedoeling om met grote namen te pronken als eindwinnaar van de competitie. De insteek is bijzonder nobel: jonge talenten de kans geven om zich verder te ontwikkelen en zich te meten met toppers die af en toe een wedstrijd komen meepikken. Tijdens de Bingoal Cycling Cup kan een onbekende renner zonder ervaring laten zien dat hij verschillende parcours aankan, een heel seizoen een regelmatig kan presteren en in staat is om een klassement te verdedigen. De grote teams zijn constant op zoek naar mannen die op een lager niveau hebben bewezen dat ze ook kunnen meedraaien in het World Tour-peloton.
Er zijn tal van voorbeelden van renners die tijdens de Bingoal Cycling Cup voor het eerst naar buiten traden en daarna opgeklommen zijn in de hiërarchie van hun team. Dries De Bondt strandde in 2016 op de derde plaats in het klassement, maar is intussen Belgisch kampioen geworden op de weg en hij is een van de grote mannen in het Alpecin-Fenix team waar ook Mathieu van der Poel rijdt. Ook Baptiste Planckaert klauterde weer uit de anonimiteit na het winnen van het eindklassement in 2019.
Geen jacht naar de topploegen
De Bingoal Cycling Cup is voor zijn deelnemersveld grotendeels afhankelijk van de World Tour. Met andere woorden: de topteams zullen pas een serieuze afvaardiging sturen als het in hun overvolle World Tour-agenda past. En dat heeft dan weer tot gevolg dat de wedstrijden niet alle toppers op hetzelfde moment aan de start zullen krijgen. Het aantrekken van World Tour-ploegen is zeker geen vereiste – het is hoogstens een leuke meevaller – want de organisatie mikt op een goede mix tussen teams die actief zijn op het eerste, tweede of derde niveau van het mondiale wielrennen.
Deceuninck – Quick–Step, het grootste Belgische team, is intussen een vaste waarde geworden en ze vinden het belangrijk om zo veel mogelijk aanwezig te zijn op de Bingoal Cycling Cup. Naar alle verwachtingen zullen Lotto Soudal, Jumbo-Visma en Cofidis Solutions Crédits de komende maanden er ook regelmatig hun opwachting maken. En daar zitten de rechtstreekse uitzendingen op Sporza en Eurosport zeker voor iets tussen.
Belgische leider
Tijdens de eerste week van maart stonden de GP Le Samyn en de GP Jean-Pierre Monseré op het programma en het was Tim Merlier (Alpecin-Fenix) die telkens als eerste over de streep reed. In Le Samyn leek Van der Poel op weg naar de zege, maar door een kapot stuur moest hij in de laatste vijfhonderd meters de strijd staken en ging ploegmaat Merlier met de overwinning aan de haal na een indrukwekkende jump over de Noor Rasmus Tiller. Vijf dagen later was zelfs Mark Cavendish niet opgewassen tegen een ontketende Merlier die in de laatste bocht aanzette en aan de finish drie fietslengtes voorsprong overhield op de rest van het peloton.
Met 33 punten staat Merlier aan kop van het klassement met 12 punten voorsprong op een andere Belg Timothy Dupont (21 punten). De top vijf wordt vervolledigd door Sep Vanmarcke (15 punten), Cavendish (14 punten) en het duo Tiller (14 punten) en Jordi Warlop (14 punten). Op 13 mei mag Merlier zijn eerste plaats verdedigen tijdens de Circuit de Wallonie met start- en eindstreep in Charleroi.